Het China-gevoel van Pearl S. Buck
Bettine Vriesekoop
“De Goede Aarde, Bucks beroemde streekroman over het boerenleven in China, stond in mijn boekenkast met China-literatuur.
Mijn herinnering eraan was vaag. Ik herlas het en toen gebeurde er iets dat ik alleen clichématig kan beschrijven: er ‘klikte’ iets tussen lezer en auteur. Ik voelde affiniteit met het thema, de strijd om het bestaan van arme boeren, mannen en vooral de vrouwen. De epische stijl vond ik na tachtig jaar nog steeds prachtig en verrassend fris. Wie was die vrouw die ooit de beroemdste romanschrijfster ter wereld was?”
– Bettine Vriesekoop
Twee Westerse vrouwen die China van binnenuit hebben leren kennen: de Amerikaanse schrijfster Pearl S. Buck in de eerste decennia van de 20ste eeuw, en schrijfster Bettine Vriesekoop met enige regelmaat sinds de jaren zeventig.
Buck (1892 – 1973) kwam in China als dochter van een predikant die vooral de arme boerenbevolking wilde bekeren. Opgroeiend tussen de Chinezen gaf dat haar een unieke blik op het toentertijd in het westen volstrekt onbekende land. Daarover schreef zij later zo overtuigend dat Pearl S. Buck de eerste vrouw was die de Pulitzerprijs ontving voor haar boek De Goede Aarde (1932). Later won ze ook als eerste Amerikaanse vrouw de Nobelprijs voor Literatuur (1938). Vlak ervoor moest zij China verlaten om er nooit meer te kunnen terugkeren.
Vanuit de VS zette zij zich in voor mensen- en kinderrechten. Onder andere door de oprichting van het Welcome House, voor kinderen van Amerikaanse soldaten en Aziatische vrouwen.
In dit boek deelt Bettine haar fascinatie voor Pearl met de lezer, en zoekt zij bij haar naar de kern van het China-gevoel.
Bettine Vriesekoop was ooit vijfvoudig Europees kampioen tafeltennis, en werd later schrijfster, journaliste en presentatrice. Zij schreef sinds 1996 diverse boeken, waaronder Heimwee naar Peking, Duizend dagen in China, en Dochters van Mulan. Van 2006 tot 2010 woonde
en werkte Vriesekoop in China als correspondent voor NRC Handelsblad.
Het China-gevoel van Pearl S. Buck. Winnaar Nobelprijs voor Literatuur 1938 | Bettine Vriesekoop | verschijnt 18 februari bij Uitgeverij Brandt | ISBN 978 94 93095 44 1 | paperback | ca. 400 pagina’s | verkoopprijs ca. € 22,50
Dochters van Mulan, hoe vrouwen China veranderen

In de jaren die volgen op haar China-correspondentschap
voor NRC Handelsblad reist Bettine Vriesekoop regelmatig terug naar Peking. Zij is in deze periode vooral gefascineerd door de rol van de vrouw in de Chinese samenleving, vroeger en nu.
Vertrekpunt is haar bezoek aan de graftombe van Qiu Jin feministe van het eerste uur in China.
Net als de legendarische Mulan en haar nazaten was zij een zwaardvrouw, een vechtjas.
Maar hoe profileren vrouwen zich in het moderne China?
Welke invloed hebben het taoïsme en het confucianisme nog op de seksualiteit van de vrouw?
Vriesekoop ontmoet vrouwen en meiden, studentes, feministes, lebiennes, een plastische chirurg, een oud-prostituee, genderdeskundigen en een moderne ‘zwaardvrouw’.
Zij vormen de voorhoede van een emanciaptiegolf die na de opendeurpolitiek van Deng Xiaoping op gang is gekomen.
Maar hebben ze werkelijk invloed? Is de seksuele revolutie aan de huidige generatie vrouwen voorbij gegaan, of zijn de dochters van Mulan bezig China te veranderen?
Kleine Ming en de gouden krekel (De Nieuwe Kerk 2013)
Li Yang speelt vanaf haar vierde tafeltennis op het schoolplein in haar dorpje. Op haar elfde mag ze naar de tafeltennisschool in de verre stad Nanjing. Li Yang heeft heimwee en verlangt naar haar ouders en vriendjes. Maar vooral mist ze de verhalen van zumu, haar grootmoeder, die haar ‘Kleine Ming’ noemt. De directrice van de school stuurt Li Yang elke zondag naar het museum zodat ze op haar vrije dag niet zo veel aan thuis denkt. Daar ontmoet ze Wang Long, de portier, die haar alles vertelt over de Ming-keizers, de draken en de gouden krekel op het blad van jade. Nog vier maanden, dan zijn de Chinese jeugdkampioenschappen in Nanjing. Als Li Yang wint, mag ze naar Peking, de grote stad waar alle grote kampioenen wonen. Maar dan wordt zumu ernstig ziek. Li Yang verliest alle hoop. Ze zoekt steun bij de gouden krekel, die haar wijze lessen leert en de verhalen van zumu tot leven brengt.
Li Yang speelt vanaf haar vierde tafeltennis op het schoolplein in haar dorpje. Op haar elfde mag ze naar de tafeltennisschool in de verre stad Nanjing. Li Yang heeft heimwee en verlangt naar haar ouders en vriendjes. Maar vooral mist ze de verhalen van zumu, haar grootmoeder, die haar ‘Kleine Ming’ noemt. De directrice van de school stuurt Li Yang elke zondag naar het museum zodat ze op haar vrije dag niet zo veel aan thuis denkt. Daar ontmoet ze Wang Long, de portier, die haar alles vertelt over de Ming-keizers, de draken en de gouden krekel op het blad van jade. Nog vier maanden, dan zijn de Chinese jeugdkampioenschappen in Nanjing. Als Li Yang wint, mag ze naar Peking, de grote stad waar alle grote kampioenen wonen. Maar dan wordt zumu ernstig ziek. Li Yang verliest alle hoop. Ze zoekt steun bij de gouden krekel, die haar wijze lessen leert en de verhalen van zumu tot leven brengt.
Een kijkje in het boek kan door Kleine_Ming_en_de_gouden_krekel.pdf te downloaden
Bestellen kan via http://www.exhibitionsinternational.org/create_more.asp?isbn=9789078653448
Duizend dagen in China(Nijgh & Van Ditmar, 2011)
Bettine vertelt openhartig hoe zij met vallen en opstaan haar weg moet vinden als journalist in een bureaucratisch land. In de aanloop naar de Olympische Spelen doet ze verslag van de opstanden in Tibet, de aardbeving in Sichuan en de confrontatie tussen Oost en West. Ook schrijft Bettine over haar eigen dagelijkse leven in de wereldstad: over Wang, haar hulp in de huishouding, haar assistent Colin en over het zware werk als correspondent in een cruciale fase van de ontwikkeling van China. Over de angst die ze voelt als ze op reportage gaat en haar zoon in Peking moet achterlaten, maar ook over de voldoening van haar leerproces en verrijkende ervaringen.
Het Jaar van de Rat (De Bezige Bij, 2007)
In dit boek schrijft Bettine Vriesekoop over haar dagelijks leven in China aan de vooravond van de Olympische Spelen. Over het reizen per fiets of per trein, over bijzondere ontmoetingen en curieuze huwelijksmarkten, over eten en over de stormachtige Chinese vooruitgang. is een persoonlijk boek vol scherpe observaties en alledaagse zorgen van een moeder die het zelf moet zien te rooien in haar nieuwe vaderland.
Bij de Chinees (Thomas Rap, 2006)
Bettine Vriesekoop probeert een antwoord te geven op de vragen die ze zichzelf als achttienjarige stelde. In Peking bezoekt ze haar oude vrienden en spreekt met hen over de veranderingen die China doormaakt en welk effect dat op hun persoonlijk leven heeft. Aan de hand van acht pijlers waarop de Chinese maatschappij rust, de ervaringen van Nederlandse expats aan de Chinese onderhandelingstafel en haar eigen ervaringen achter de tafeltennistafel, vertelt ze over de culturele achtergrond van China om vooroordelen over Chinezen weg te nemen.
Heimwee naar Peking (Thomas Rap,1994)
Dit boekje over haar trainingsstages in China kwam in 2008 in China op de markt onder de titel: Xiangmian Beijing. De Chinese uitgever vatte de inhoud zo samen: “Hoe een westerse vrouw aanvankelijk grote moeite had met de Chinese cultuur maar hoe ze er door haar sport na vele jaren in slaagde de Chinezen te waarderen. Een pingpongbal is klein maar voor ons Chinezen is die zo groot als de wereldbol. Wie het geheim van het Chinese tafeltennis heeft ontrafeld, begrijpt China.”
Heimwee naar Peking is in 2008 ook in het Chinees vertaald door Jaap Shie (zie foto)
Heimwee naar Peking (Xiangmian Beijing, 2008)